Het driemast barkschip Zeenymph

zeenymph 3

Een zeemans-model van de Zeenymph, ex-Spirit of the Day, collectie Maritiem Museum Rotterdam.
Het model is gemaakt in 1880 door de scheepstimmerman van het schip voor de (toenmalige) kapitein A. Behrens.

De Zeenymph werd gebouwd in 1859 en heeft meer dan 60 jaar dienst gedaan. Ze voer voor Engelse, Nederlandse en Noorse reders en heeft 9 verschillende eigenaren gekend. De laatste 13 jaar van zijn carrière was Jan de Groot kapitein op dit schip.

Ze werd als Spirit of the Day in 1859 gebouwd, voor eigen rekening, door de werf McLaine in Belfast. Ze was van goede kwaliteit (teak, greenheart en eiken, en bekoperd tegen aangroeiïng). Ze kreeg dan ook van Lloyd's de hoogste kwalificatie voor de verzekering: A1, geschikt om personen en vracht over de hele wereld te vervoeren. Het was een schip van ruim 400 ton, ongeveer 45 meter lang en 8 meter breed[1].

krant

Belfast News-Letter
27 mei 1859

krant 2

Belfast Morning News
30 juni 1859

In de jaren daarna, tot 1870, maakte de Spirit of the Day vele reizen naar de Zuid-Amerikaanse westkust (Chili, Peru) voor de firma James Jackson & Co. In 1866 voer ze in slechts 75 dagen, onder kapitein K.Blake, van Carrizal Bajos aan de oostkust van Chili naar Liverpool. Op 24 oktober 1869 kreeg, aan boord van de Spirit of the Day "at sea", de vrouw van kapitein John Hopkins een dochter - zo stond na aankomst in Liverpool op 12 januari 1870 in de krant.

In 1870 werd het schip verkocht aan E. Cummins te Bristol. Van 1870 t/m 1872 reisde de Spirit of the Day naar het verre Oosten (Surabaja, Semarang, Batavia, Rangoon) onder kapitein J. Evans. Ze deed daarbij behalve Liverpool ook regelmatig Rotterdam aan.

In 1874 kocht de Rotterdamse reder L. 't Hoen & Co de Spirit of the Day en doopte haar om tot Zeenymph. Tot 1887 maakte de Zeenymph vele reizen naar Makassar in het toenmalige Nederlands Indië, eerst onder kapitein P. Vitringa Coulon, vervolgens onder A. Behrens en later onder G. Groen Jzn.

 

In 1886 werd de Zeenymph geveild en voor ƒ4000,= verkocht aan houthandel annex rederij W.S. van de Wetering.

Aanvankelijk zette Van de Wetering het schip, onder kapitein J. de Groot, in op de route naar de Oostzee: St Petersburg en de Baltische staten, veelal om hout te halen. Maar vanaf 1897 gaan de meeste reizen naar het Caraibisch gebied, o.a. naar Trinidad waar asfalt gehaald wordt.

zeenymph 2

<- Foto uit het familie-archief van de nazaten van Jan de Groot.
106 x 62 mm.
Bijschrift "Zeenymph"
Datum en plaats van de opname onbekend.

coaster fiona
Ter vergelijking: een coaster van 400 ton, ongeveer even groot als de Zeenymph. ('t is de Fiona, gebouwd in 1963 te Hoogezand.)

Van 1854 tot 1871 voer een andere Zeenymph (soms Zeenimph genoemd) onder Nederlandse vlag. Dat was een bark van 622 ton, in Amsterdam gebouwd op de werf "Het wapen van Amsterdam", voor reder F.A. Jas. Deze Zeenymph onderhield jarenlang de dienst op Batavia. Ze is in 1871 verkocht naar Duitsland.

zeenymph 1

Foto uit de collectie van Maritiem Museum Rotterdam, bijschrift "Zeenymph ex-Spirit of the Day". Maar deze foto wordt in het boek "Nederlandse clippers" (Ron de Vos, 2003) gebruikt als illustratie voor die andere Zeenymph ; volgens hem is de foto genomen in het Oosterdok te Amsterdam - waar de ex-Spirit of the Day nooit geweest is!
Op de achterkant van deze foto staan gegevens van beide Zeenymphen, maar de ex-Spirit of the Day is doorgestreept.

In december 1899 vertrekt de Zeenymph in ballast naar Trinidad voor een lading asfalt. Op de heenweg heeft men te kampen met zware storm. De zoon van kapt. de Groot, die als scheepsjongen meevoer, wordt ziek en overlijdt aan boord.
Na deze reis blijft kapitein De Groot aan wal. De Zeenymph is inmiddels het enig overgebleven schip van de firma. Ook in december 1899 overlijdt W.S. van de Wetering, de oudste firmant. De Zeenymph wordt verkocht aan de Noorse reder Cornelius Røe die haar herdoopt in Bamle. Hiermee komt een eind aan de rederij-activiteiten van de firma Van de Wetering.

krant

Nieuwsblad van het Noorden
6 juni 1900

In de jaren die volgen onderhoudt de Bamle onder kapitein Knudsen een min of meer regelmatige dienst tussen de Engelse Oostkust en Scandinavië, merendeels de thuishaven Brevik. De lading naar Engeland bestaat steeds uit ijs ("560 tons of block ice"), naar Scandinavië worden kolen vervoerd.

In 1908 gaat de Bamle over in handen van Hans Hansen te Brevik/Stathelle, een reder die een tiental merendeels oudere zeilschepen in de vaart heeft[2].

zeenymph 4

De Bamle, waarschijnlijk omstreeks 1908 in de haven van Brevik [2].

zeenymph 5

De Bamle, waarschijnlijk omstreeks 1908 in de haven van Brevik [2].

In 1920 wordt de Bamle, exZeenymph ex Spirit of the Day opgelegd, en in 1928 gesloopt[2].